Groot Lochter: tijdlijn van ruim 600 jaar
Door Henk Butink
Opmerking: een vergelijkbaar artikel is eerder verschenen in het blad van de Historische Kring Hellendoorn Nijverdal “De Reggesproake” in de zomer van 2011, 35 jaar na de afbraak van de erven. In het voorjaar van 2020 is een verdere bijwerking gedaan.
►►►Klik op de afbeeldingen/foto’s voor een vergroting
De Spanjaarden lukte het in 1583 niet om Groot Lochter definitief klein te krijgen, de gemeente Hellendoorn tussen 1972 en 1976 echter wel. Het eeuwenoude Groot Lochter werd een woonwijk en de boerderijen werden afgebroken, eind augustus 1976. Wat overbleef is de naam Groot Lochter, nu als naam van de woonwijk. Het aangrenzende bedrijventerrein kreeg de naam ’t Lochter, de oorspronkelijke naam van het erf voor de splitsing ca. 1600.
Voor een overzicht is het goed vooraf de boerenhoeves te vermelden in dit gebied: Boomkate lag in het bos, ongeveer op de plaats van de villa van de fam. Stork, directeur Oude Bleek, Groot Lochter lag op de plaats van de huidige sporthal, Klein Lochter bestaat nog steeds en ligt ter hoogte van de sportvelden. Tussen Groot en Klein Lochter lag nog een boerderij: het Lukeshuis dat in 1870 werd herbouwd en feitelijk een afsplitsing was van Klein Lochter. Laatstelijk woonden hier de familie Harmsen en de fam. Van Ginkel. De leilinden voor de boerderij staan er nog steeds; langs het pad links naast de woning Rossinistraat 55. Begin 20ste eeuw werd Groot Lochter opgesplitst in twee boerderijen. Laatstelijk bewoond door de families Broeze (links) en Butink (rechts).
Groot Lochter heeft een lange geschiedenis en wordt vermeld in leen- of vuurregisters – ‘het kadaster van vroeger’ – met namen van eigenaars en/of gebeurtenissen. Hier een overzicht, aangevuld met verhalen van mijn ouders, anderen en eigen herinneringen.
1334 In een oorkonde van 23 juni wordt Gerhardus Meijer in Loychtere genoemd.
1381 Hof to Lochter. wordt genoemd in een afschrift van een oorkonde in de bibiliotheek van het Antoniusklooster (1407-1725), Albergen.
1583 De Spanjaarden trokken van Rijssen naar Hellendoorn/Marle om kasteel Schuilenburg te heroveren over de oude hoofdweg tussen Rijssen en Hellendoorn waaraan de erven Lochter en Boomkate lagen. In oude geschriften wordt melding gemaakt dat zij (genoemde erven) “zeer verdorven”(verwoest) waren. Opmerking: restanten van deze oude weg waren, vóór de nieuwbouw, nog altijd in het landschap te zien. Ook nu nog geven oude bomen in de wijk nog delen van de route aan, b.v. de bomenrij vanaf hoek Mozartlaan-Bachlaan naar het zuiden (langs het achterpad), naar de bestaande oude boerderij Klein Lochter.
ca. 1600 Klein Lochter wordt afgesplitst van Groot Lochter. Klein Lochter kent later nog een afsplitsing rond 1870 toen het Lukeshuis werd gebouwd. De drinkwaterput van Klein Lochter heeft een Bentheimer zandstenen putring waarin het jaartal 1606 staat.
1830 Groot Lochter staat op op de kadastrale kaart 1811-1830 als een lös hoes, met onderschoer en vooraangebouwde bovenkamer (boav”nkamer). De potstal moet dus van latere datum zijn. Bij de landmeting in 1975 door het Kadaster waren de erfscheidkeien van 1830 nog te vinden. Jan Butink sprak met de landmeters, die aan de hand van de kaarten uit 1832, de historische keien konden vinden. Door de jaren heen waren ze verzakt en niet meer zichtbaar.
In Oost Nederland was het normaal dat een boerderij een uitbouw had (‘endskamer’ soms ‘boav’nkamer). In de uitbouw gingen de ouders wonen nadat de (oudste) zoon de boerderij had overgenomen. Hij had dan de plicht “um de oale luu an’teende te breng’n”.
1904 J.K.S Oppelaar (uit Rijswijk, Zuid Holland) wordt eigenaar van Groot Lochter.
1904-1919 Op een kaart van 1893 staat nog de oude endskamer. Hieruit zouden we kunnen concluderen dat de nieuwe eigenaar Oppelaar deze heeft vervangen door een nieuw gebouwd woonhuis op dezelfde plaats en, tegelijkertijd of wat later, de bouw van de stal.
1919 Oppelaar splits Groot Lochter. De bewoners van het rechter deel (tot 1942) waren resp. Jonkers, Kaptein en Fokker. De erfscheiding liep dwars door de twee woongedeeltes. Onderaan de trap in ons ‘veurhuus’ was een deur die in de veurkamer van Broeze uitkwam. Boven op de eerste verdieping zat een luik naar de hooizolder van Broeze. De prachtige oude schuur (linksboven op de foto) was onderdeel van de afsplitsing. Het was een karakteristiek bouwwerk mogelijk honderden jaar oud. Het had fraai gebintwerk van eikenbomen met pen en gat verbindingen. De schuur werd gebruikt voor opslag van landbouwwerktuigen en als kalver-, pinken- en varkensstal.
1925 Broeze (uit Ypeloo) wordt eigenaar van linker deel. Zijn zoon Gerrit volgt hem later op en hij blijft eigenaar tot 1974.
1935 Nieuwbouw van het voorhuis fam. Broeze; dwars voor de potstal (links) en het achterhuis. De oude voorgevel werd weggehaald maar een deel van de prachtige oude tegels en tableaus bleven in de voorkamer gespaard.
Opm: een potstal is een stal waarin het vee vrij kon rondlopen. In het najaar werden verse plaggen in de stal gelegd. In de winter werd deze door het vee bemest, In het voorjaar werd het over de akker verspreid. Toen kunstmest ter beschikking kwam, werd deze bemestingsmethode overbodig.
1936 Blikseminslag in het rechterdeel. Het achterhuis brandde geheel af. Fam. Fokker waren toen de bewoners. De boerderij werd vergroot herbouwd. Dit is op latere foto’s heel goed te zien. De boerderij werd langer aan de westzijde en de muren werden hoger opgetrokken. Het nieuwe deel werd in eerste instantie gebruikt als melkkoeling en als slachtruimte.
1941 Willem van den Berg wordt eigenaar van het rechterdeel en Jan Butink wordt de bedrijfsleider van de boerderij, ook wel zetboer genoemd. De boerderij was toen 40 ha groot er waren drie paarden en enkele knechten. Hij verdiende f 29 (€ 13,00) per week met vrij gebruik van woning, groente, fruit, zuivel en vlees.
Willem van den Berg gaat de heidevelden ten oosten van de Boomcateweg ontginnen. Dit is nu het industrieterrein ’t Lochter waar de, naar hem genoemde, Van den Bergsweg door heen loopt. Hij deed al aan landschapsinrichting. Hij heeft zijn landerijen, voor zijn tijd, prachtig ingericht. De eikenlaan naar Groot Lochter heeft hij ingeplant in 1941/1942. Dit laantje is behouden als deel van de woonwijk (heel mooi op Google Earth te zien). Wel zijn , in het voorjaar van 2018, om en om de bomen gekapt.
Aan de andere kant van de Boomcateweg, schuin tegenover de ingang van de eikenlaan, heeft hij hoekweggetje laten aanleggen met bomen, struiken en ijzeren zitbanken. Een deel van de bomen staan er nog. Het deel om de hoek, langs de Handelsweg in de richting Nijverheidsweg. is er niet meer. Mensen uit de buurt hebben mij verteld dat heel wat uren in de verkeringstijd op de banken werd doorgebracht. Langs de Derde Kampsweg liet hij bomen planten en in het weiland ernaast kwamen eilanden met bomen en struiken om de koeien schaduw te bieden.
1942-1945
Toen Jan Butink in het voorjaar van 1942 in Nijverdal als nieuwkomer kwam, reed hij een keer langs de Oale Bleeke. Hij zag in fraaie letters de afkorting NSB op de gevel staan. Dat moet hier goed fout zijn, dacht hij. Hij wist toen nog niet dat ‘deze NSB’ stond voor Nederlandse Stoom Blekerij. Wel hadden de Duitsers toen de fabriek in gebruik als reparatiewerkplaats voor oorlogsmateriaal en opslag van ingenomen radio’s.
Van den Berg bood aan onderduikers een veilige plek om aan de Arbeitseinsatz in Duitsland te ontkomen. In de grote hooiberg werd het hooi uitgehold als schuilplaats in geval van razzia’s. Naast de grote hooiberg werd met spoorbielzen een schuilkelder gebouwd die werd afgedekt met een meter zand.
De omgeving werd door een tiental brandbommen getroffen. Eén fosforbom viel door het dak heen in de groep van de stal, brandde uit maar zonder verdere schade te veroorzaken.
De fam. Van den Berg woonde tegenover het Oude Dijkje aan de Grotestraat en had daar een café, slijterij en de centrale van de radiodistributie/draadomroep. Omdat het ook aan de spoorlijn lag, die regelmatig doelwit was van geallieerde bombardementen, ging de familie op de boerderij wonen.
Tijdens het dorsen van haver en rogge was er in de oorlog controle. Een bepaald percentage van de oogst werd gevorderd door de bezetter. Omdat Van den Berg een café annex slijterij had kon hij gemakkelijk aan jenever komen en hij had een truc verzonnen. Tijdens de dorsdagen werd de controleur regelmatig naar binnen geroepen voor een borrel. Als zij binnen waren werden de zakken graan in de kafbult gegooid. Op deze manier bleef er veel buiten de boeken.
V1 op drift
Op de Nijverdalse berg (achter hotel Dalzicht, langs de toeristenweg) was een lanceerinrichting voor onbemand vliegtuigjes met een bom; de z.g. V1. Antwerpen was het doel. Door technische problemen (roer ging vastzitten, etc.) gingen er velen na de lancering rondjes draaien tot de brandstof op was. Op een keer cirkelde er één rond Groot Lochter. Met spanning werd afgewacht waar hij neer zou komen. Gelukkig kwam hij neer zonder te ontploffen in het weiland van boer Laarman (tussen de huidige Vivaldistraat en de Burg. H. Boersingel).
Kerken op de delle
Omdat het te gevaarlijk was om in Nijverdal te kerken, werd er bij Broeze ‘op de delle’ Hervormde kerkdiensten gehouden. Toen de kerkgangers een keer na de kerkdienst in het eikenlaantje liepen, kwamen er vliegtuigen laag over. Ze lieten, ter hoogte van het laantje, bommen vallen die in een glijvlucht op de spoorlijn verderop moesten komen. De Gereformeerden van Nijverdal kerkten op de delle van Klein Lochter.
Evacuatie
Rond vrijdag 6 april 1945 hadden de Duitsers stukken geschut opgesteld in de omgeving van de boerderijen. De boerderijen stonden in het schootsveld en moesten met de grond gelijk gemaakt worden. De bewoners kregen 2 uur de tijd om te evacueren. Fam. Broeze ging naar het Lukeshuis (500 meter verderop) en werden door de fam. Harmsen opgevangen. De fam. Butink ging naar familie in Almelo, dat op 4 april bevrijd was. ’s Avonds hoorden ze daar dat de Canadezen de buurt al hadden bevrijd én dat de boerderijen er nog stonden.
In de kleine loods, achter de oude schuur, was een deel afgezet met strobalen. Ik zie nog dat de strobalen werden weggehaald. Daar kwam zowaar een auto te voorschijn. Van den Berg had hem verborgen voor de bezetter. Het was een heel mooie zwarte. Ik vermoed dat het een Citroen was, die met ‘gevleugelde’ spatborden en met handwijzers, die nog echt uitklapten. Bij het openmaken van de auto, vlogen de muizen in het rond. Ze hadden behoorlijk zitten knagen aan de stoffenbekleding.
1947 Van den Berg wilde een tractor aanschaffen met steun van het Marshallplan (financiële hulp na de oorlog van de USA). Afspraken in Zwolle waren gemaakt. Smid Van Egmond moest mee vanwege zijn technische kennis. Echter enkele dagen voor de afspraak stierf Van den Berg plotseling. De tractor is er nooit gekomen.
1947 Opnieuw blikseminslag. Het dak van het achterhuis werd zwaar beschadigd. Na de inslag gaat de fam. Butink schuilen in het prieeltje in de tuin. Toen het duidelijk was dat er geen brand was ontstaan zijn ze weer naar binnen gegaan. De foto van de afbraak (1976) is bewerkt om de beschadiging in 1947 te laten zien, zoals ik me dat herinner. Bliksem was op de punt van gevel (rechts niet op de foto) ingeslagen. Een deel van de pannen was verdwenen en de dakspanten waren zichtbaar. De windveren en de houten top van de gevel lagen versplintert voor de achterdeur op de grond.
1952 Toen Willem van Berg in 1947 stierf werden de erven eigenaar. De erven wilden van de boerderij af en in 1952 werd het deel (±30 ha.) ten oosten van de Boomcateweg verpacht aan gebroeders Ruiter die hun boerderijen bouwden op de het net ontgonnen heideveld. De pijltjes geven de boerderijen aan. Het hele gebied is nu het bedrijventerrein “t Lochter”. Het westelijke deel (links van de Boomcateweg) ±15 ha. en de boerderij werd verpacht aan Jan Butink, nu deel van de woonwijk Groot Lochter.
Noodlanding
Het moet begin jaren vijftig geweest zijn toen in het weiland, nu bedrijventerrein, een éénmotorig vliegtuig een noodlanding maakte vanwege brandstofgebrek. De politie zette het terrein af om de drommen mensen tegen te houden. Maar… ik mocht met vader mee naar het vliegtuig. Ik herinner me nog de mooie houten propeller en de motor met zijn indrukwekkende cilinders. Het duurde een dag voor het vliegtuig was bijgetankt. Bij het opstijgen gromde en bromde het vliegtuig met alle geweld en steeg tergend langzaam op in zuidwestelijke richting, langs de woning van De Heer in de richting van de boerderij van Laarman. Rakelings scheerde hij over de bovengrondse elektriciteitsdraden langs de Boomcateweg (toen Klokkendijk).
Turf maken
Tot ong. 1955 maakte vader zelf turf, bij het vennetje links van het dennenbosje (hoek Industrieweg/Van den Bergsweg). De veengrond werd opgebaggerd en op de legakker gestort. De legakker was een vlak terrein met rondom een dammetje, zodat de ‘bagger’ niet weg kon lopen. De natte veengrond moest eerst uitharden, daarna werd het in turven gesneden met een soort harkmes. Na een tijdje werden de turven in lagen opgestapeld. Er werd voor gezorgd dat er ruimte was tussen de turven, zodat de wind de turven kon drogen.
1959 Drinkwaterput valt droog
In de zeer droge zomer van 1959 viel de drinkwaterput droog. Deze put deelden we samen met de buren. Vanaf de Boomcateweg werd door de gemeente noodverbinding aangelegd om te zorgen voor drinkwater. De weiden lagen er droog bij. Er was niet voldoende gras meer voor de koeien. Vader Butink moest dagelijks naar de Noordoostpolder om bietenkoppen te snellen. Deze werden dan later naar de boerderij gebracht om de koeien mee te voeren.
Demonstratie maaidorser
De gebroeders Ruiter wilden een maaidorser kopen maar wilden eerst een demonstratie. Maar… hun akkers waren te nat, de zware machine zou erin wegzakken. Bij ons was dat geen probleem. ‘Onze’ droge zandgrond aan de Boomcateweg (geen erg vruchtbare grond) was wel uitermate geschikt voor deze demonstratie. Vader vond het prachtig dat dit bij hem werd gedaan. Veel collega boeren kwamen erop af. Het was tenslotte een ongekende nieuwe techniek. Na afloop was er een echt boerencommentaar: “zunde van ‘t stroo, de stuppels zin’d völs te lange”.
1972 Op 14 augustus worden de eerste bouwketen geplaatst, de nieuwbouw gaat beginnen.
Wonen op drie adressen zonder te verhuizen! Het eerste adres: Klokkendijk 61.
1955: Grenswijziging gemeente Wierden – Hellendoorn: Boomcateweg 20. De weg werd genoemd naar de in 1924 afgebroken boerderij “Boomkate”.
1974: verandering in woonwijk: Bachlaan 34. Toeval of niet: Bach en Butink hadden dezelfde voornamen: Johannes Sebastianus.
1976 Op 25 maart worden de scholen officieel geopend door wethouder Kroeze.
1976 Er zijn plannen geweest om van onze boerderij een wijkcentrum te maken; de tekeningen waren al klaar. Echter deze plannen gingen niet door.
16 augustus 1976 In het logboek van vader staat bij 16 augustus:
“De afbraak van de boerderijen is begonnen (snik)”.
Op 29 augustus was de afbraak voltooid. Vader gaf alle kinderen een steen van het voorhuis. Er zat briefje bij met de tekst:
“Ter nagedachtenis aan uw geboortehuis”.
Bronnen:
- Verhalen en notities van Jan en Toos Butink-Schrijver (mijn ouders) en eigen herinneringen.
Opm. Jan Butink heeft een log bijgehouden vanaf de start van de nieuwbouw op 16 augustus 1972 tot 1977.
- Mat en Jo Ter Harmsel-Lammers, gesprek op 22 februari 2005
- Boerderijen langs de Regge, G.J. Eshuis, Uitgave Stg Uitgeverij Historische Kring Hellendoorn-Nijverdal, 2004
- “Hoe was het vroeger hier”, artikel van A. Ponsteen in het Wijkblad Groot Lochter (1976-77)?