Plevierenlaan, Zwanenpark (links van winkelcentrum Zuiderwaard), Vinkeveen
Het kunstwerk bestaat uit twee drijvende eilanden van lagen acaciahout. Ze zijn ongeveer een meter hoog en liggen ongeveer veertig meter van elkaar in het water bij het Zwanenpark. Ze zijn verankerd, maar kunnen wel enigszins wegdraaien. Op de eilanden zijn zaden gestrooid, zodat ze begroeid zijn met grassen en klein struikgewas. Het kunstwerk is het beste te zien vanaf de bushalte bij de Plevierenlaan.
Dit kunstwerk heeft een duidelijke relatie met het ontstaan van het veengebied.
Het roept associaties op van land, moeras en water. Het verandert geleidelijk door de invloed van de natuur op de begroeiing. Oorspronkelijk werd dit gevoel versterkt doordat het water rondom de eilanden af en toe moest borrelen, wat een geheimzinnige sfeer moest geven. In het kunstwerk zat een installatie die luchtbellen blies. Ook zat er in de eilanden een kleine lichtinstallatie. Deze werd gestuurd door een speciale maanklok, waardoor er alleen bij nieuwe maan, als de hemel donker is, licht uit het water rondom de eilanden kwam.
De elektrische installatie voor lucht en licht heeft echter nooit naar behoren gefunctioneerd en zal niet worden gerepareerd.
Website kunstenaar: geen
Informatie over de kunstenaar
Uit een brief van Kees Wevers aan B&W op 8 april 1994
Kees Wevers schrijft dat zijn werk bestaat uit het op beeldend omgaan met vormelementen, ontleend aan, of direct verband houdend met natuur en landschap. Aarde, licht, lucht en ruimte, dat zijn de beeldende materialen. Mijn projecten zijn te beschouwen als een beeldend moment, een beeldende aanzet, meegroeiend en veranderend in de tijd. Beelden met een verleden, heden en toekomst. De beelden worden vaak ontworpen in relatie met en als betekenisvol beeldend onderdeel van de (nieuwe) omgeving.
Opleiding: Koninklijke academie voor kunst en vormgeving Den Bosch afdeling beeldhouwen
Diverse tentoonstellingen in Noord-Brabant museum – Den Bosch, Stedelijk museum – Amsterdam, Technische Hogeschool – Eindhoven, Arboretum – Wageningen, Amstelpark – Amsterdam, Beeldruimte – Den Bosch, Manifestatie Licht – Eindhoven (prijs ontvangen), Zomermaandenpark – Oosterhout, Beelden op de Berg – Wageningen, Willem II fabriek – Den Bosch, Grote kerk – Goes, Torenproject – Eindhoven en Stadgalerij – Heerlen. In het buitenland in Oberhausen – Duitsland, Vierzon – Frankrijk), Lodz – Polen.
Ander werk o.a.): Lunetten – Utrecht, 2e Daltonschool – Amsterdam, Campus Niger – Heerlen, Rijks Agrarische School – Houten, Gelders Tielenterrein – Nijmegen, Nieuw Vosseveld – Vught, Kunstwald Teutoburgia – Herne Duitsland.
Uitgebreide omschrijving van het oorspronkelijk kunstwerk
Opmerking licht- en waterbeeld is uitgeschakeld (te storingsgevoelig)
Het kunstwerk bestaat uit twee drijvende vormen met elkaar verbonden door een ellipsvormig ‘waterbeeld’. Een dagprogramma zorgt ervoor dat periodiek gedurende enkele minuten, delen van het wateroppervlak tussen de vormen schuimend zichtbaar en licht hoorbaar zijn. Dag en nacht is het beeld in werking.
Op enkele avonden, rond nieuwe maan, is tussen de twee en drie uur een ‘lichtbeeld’ zichtbaar. De twee drijvende vormen worden van onder het water aangelicht. Beide systeem werken onafhankelijk van elkaar en worden ieder apart aangestuurd.
In het beeld heeft de kunstenaar een duidelijke relatie met het ontstaan van het polder- en veengebied gelegd. Het kunstwerk roept associaties op van land, moeras, en water. Geleidelijk verandert het beeld door de begroeiing op de twee vormen onder invloed van de natuur. Het beeld is krachtig en mystiek. Het geborrel van het water geeft de impressie van iets ondefinieerbaars, iets geheimzinnigs, dat zich op de bodem van de vijver in het rietveen bevindt. Op de donkerste avonden en nachten van de maand stijgt een gloed uit het water dat het wateroppervlak beschijnt. De magie van het oude moeras, hoewel verscholen in de diepte van de verscholen oerlagen, wordt weer zichtbaar gemaakt. Het beeld is een herinnering aan en deel van een steeds veranderend landschap. Het technische ontwerp is zo gekozen dat de toeschouwer niet kan zien hoe het een en ander werkt; de werking zelf blijft een mysterie.
De “eeuwig durende maanklok” is ontworpen door de Elektrowinkel van de Technische Universiteit Eindhoven.
‘Dienstregeling’ waterbeeld van luchtbellen
Aan | Uit | Aan | Uit |
00.00 | 00.03 | 14.06 | 14.09 |
00.31 | 00.33 | 14.40 | 14.42 |
01.07 | 01.09 | 15.40 | 15.43 |
02.08 | 02.11 | 16.30 | 16.33 |
03.11 | 03.13 | 17.02 | 17.05 |
04.01 | 04.03 | 18.01 | 18.04 |
05.05 | 05.07 | 18.29 | 18.32 |
06.11 | 06.13 | 18.58 | 19.03 |
07.15 | 07.18 | 19.40 | 19.43 |
07.50 | 07.53 | 20.20 | 20.24 |
08.15 | 08.18 | 20.53 | 20.56 |
09.01 | 09.04 | 21.26 | 21.29 |
10.02 | 10.04 | 22.01 | 22.04 |
12.16 | 12.19 | 22.36 | 22.40 |
12.50 | 12.53 | 23.10 | 23.14 |
13.03 | 13.06 | 23.40 | 23.42 |
De luchtbellen worden geproduceerd door een hogedrukblower SKG 294 – 2200 Watt en komen uit de perforaties van luchtslangen die op de bodem van de waterplas liggen. De blower wordt geschakeld door een Grässlin weekschakelklok. Bij stroomuitval blijft de schakeling minimaal een week intact door een batterijvoeding.
De eeuwig durende maanklok krijgt de juiste tijd van de atoomklok in Frankfurt via een ingebouwde de radio-ontvanger. De maanklok schakelt met ieder nieuwe maan. Als die overdag valt werkt het lichtbeeld pas als het donker wordt. Met nieuwe maan is er gedurende enkele uren een knipperend lichtschijnsel zichtbaar rondom de houten eilandjes. De nieuwe maanstanden zijn ingebracht tot 2025. Lichtbron zijn twee 150 W lampen. Het lamplicht wordt (zonder verlies) getransporteerd met een kunststofvezelstreng naar het water. Aan het eind zitten een lichttube dat dan oplicht. Voordeel van dit systeem is dat er geen elektriciteit in het water zit. Op de maanklok is een laptop computer aan te sluiten om de werking van de klok te controleren; een testfloppy is aanwezig.